
Home > Nieuws > |
![]() ![]() |


6 november 2019 Het prachtige Byzantijnse kerkje Panagía Troulotí aan de oostkust bijvoorbeeld, daterend uit 12e eeuw en daarmee een van de oudste op het eiland. De waterval van Man’Kátsa, een van de vijftien op Lesbos, alleen bereikbaar via een hobbelige landweg, een kronkelige route door olijfgaarden en een rotsig pad steil omlaag. De picknicktafel die bezoekers noodt tot verpozen is volledig in beslag genomen door een groep geiten. Dan rijden we Sarakína binnen; met zijn dichte naaldbossen, maquis, schaduwrijke baaien en poelen is het een paradijs voor vogelaars, orchideeënspotters en liefhebbers van verlaten stranden. De bodem bestaat er grotendeels uit leem en kalk, wat de aanwezigheid van de vele vennen en de aardewerktraditie in de omgeving verklaart. In het gehucht van de tsoukaláden, pottenbakkers, waar in eeuwenoude, cilindervormige ovens nog steeds traditionele waterkannen worden geproduceerd, bezoeken we een van de ateliers: werkruimte, klei-opslag, slaap- en kookgelegenheid ineen. Terwijl zijn vrouw uitleg geeft balanceert de pottenbakker op het dak en smeert het dicht met leem. Nóg een Byzantijns kerkje bezoeken we, diep verborgen in een olijfgaard, gewijd aan de heilige Stefanus, beschermheilige van het huwelijk, en het oudste van het eiland: gebouwd in 1100 ontroert het door zijn eenvoud. Op 2 augustus, Stefanus' feestdag, trekken duizenden pelgrims er naartoe. De icoon van de heilige wordt versierd met zilveren en gouden kransen en er worden traditionele huwelijksliedjes gezongen. Als de weg bij vissersgehucht Paliós, niet meer dan een paar huizen en een haventje, ophoudt lopen we verder en volgen de wegwijzers naar de Ancient tombs, veertien mysterieuze, op sarcofagen lijkende objecten die her en der in het landschap liggen. Hun oorsprong is onbekend: aanvankelijk dacht men dat ze uit de prehistorie stamden, later uit de Hellenistische tijd of de vroege middeleeuwen, nu denken sommige wetenschappers dat het geen graven zijn, maar ovens waarin gebruiksvoorwerpen werden gebakken… In het strijklicht van de ondergaande zon ploegen we verder langs het strand, over grote roze stenen, en komen bij een fata morgana-achtige lagune waarin zich de restanten van een enorme vesting spiegelen.
Van deze sprookjesachtige plek uitkijkend op de Tokmákia, vier onbewoonde eilandjes voor de kust, bij ministerieel besluit aangemerkt als 'gebied van uitzonderlijke schoonheid', kunnen we ons indenken dat de van Lesbos afkomstige schrijver Longos in de 2e eeuw na Christus juist daar zijn romantische en wereldwijd bekende liefdesgeschiedenis tussen Dafnis en Chloë situeerde… | ![]() ![]() Panagía Troulotí, 13e eeuw ![]() ![]() waterval Man’Kátsa ![]() ![]() eeuwenoude pottenbakkersoven ![]() ![]() Ágios Stéphanos, oudste kerk van Lesbos ![]() ![]() fata morgana-achtige lagune |